De kalibrator is een uiterst nauwkeurig drukreduceerventiel dat voornamelijk wordt gebruikt voor het instellen van de druk. Er zijn momenteel twee manometerkalibrators: de gasbrondrukken zijn respectievelijk 0,14 MPa en 0,35 MPa, en de uitgangsdrukbereiken zijn respectievelijk 0-0,1 MPa en 0-0,25 MPa. De fluctuatie in de uitgangsdruk bedraagt niet meer dan 1% van de maximale uitgangsdruk en wordt vaak gebruikt in toepassingen waar nauwkeurige toevoerdruk en signaaldruk vereist zijn, zoals pneumatische testapparatuur en pneumatische automatische apparaten.
Het bestaat uit drie delen: 1 is het belangrijkste gesloten deel van de direct werkende drukreduceerklep; 2 is het apparaat voor constante drukval, dat overeenkomt met een bepaald drukreduceerventiel. De belangrijkste functie is ervoor te zorgen dat het mondstuk een stabiele gasbronstroom krijgt; Figuur 3 is het mondstukschot en het drukregelende deel, dat de rol speelt van drukregeling en drukversterking, en de daardoor versterkte luchtdruk gebruikt om het hoofdklepdeel te regelen.
Omdat de kalibrator de functies heeft van instellen, vergelijken en versterken, is de nauwkeurigheid van de spanningsregeling hoog. Omdat de kalibrator de feedbackactie van de uitgangsdruk en de versterking van het mondstukschot gebruikt om de hoofdklep te besturen, kan deze reageren op kleine drukveranderingen, zodat de uitgangsdruk op tijd kan worden aangepast en de uitlaatdruk in principe behouden blijft. stabiel, dat wil zeggen de vaste waarde. De nauwkeurigheid van de spanningsregeling is hoog.